AD(H)D komt niet alleen voor bij kinderen, maar kan ook op volwassen leeftijd bij iemand ontdekt worden. Deze mensen zijn bij de diagnose vaak blij dat de puzzelstukjes eindelijk op hun plek vallen en bepaald gedrag te verklaren is. Maar het kan ook lastig zijn om pas als volwassene de diagnose AD(H)D te krijgen. Je denkt aan hoe het zou zijn geweest als je het als kind al wist; dan zou je misschien wel veel leed bespaard zijn gebleven. Als kind voelde je vaak onmacht omdat je niet kon voldoen aan verwachtingen van jouw omgeving. Loop jij tegen AD(H)D gerelateerde klachten aan? Wat kan ik dan als psycholoog voor je betekenen?
De diagnose AD(H)D maakt je geen minder persoon
Als eerste besteed ik aandacht aan een stuk acceptatie en erkenning. Wanneer je AD(H)D hebt kan je kritiek krijgen op iets waar je, door AD(H)D, niks aan kan doen of erg zelfkritisch zijn. Als kind ben je misschien gepest of lag je buiten de groep. Ook kan je gevoelens van frustratie hebben gehad wanneer je zag dat leeftijdgenoten met vergelijkbare intelligentie veel makkelijker door de schooltijd heengingen.
Wij kunnen je helpen
Direct de juiste hulp van een psycholoog die bij jou past
- Gekwalificeerde psychologen
- Al 47.242 mensen geholpen
- Snel en persoonlijk
- Geen wachtlijst
Het is belangrijk om te erkennen dat AD(H)D ervoor zorgt dat sommige dingen moeizamer gaan, maar dat je hierdoor niet een minder persoon bent. Ik werk daarom als psycholoog aan jouw zelfvertrouwen als ik merk dat dit beschadigd is.
AD(H)D in het dagelijks leven
Wanneer je zelf geen AD(H)D hebt kan het moeilijk zijn om je voor te stellen waar iemand met AD(H)D tegenaan loopt. Toch kunnen mensen met AD(H)D veel hinder ondervinden in hun dagelijks leven. Neem bijvoorbeeld dit voorbeeld:
Half zeven, de wekker gaat. Je bent gisteravond zoals gebruikelijk pas om 2 uur in slaap gevallen. Je hoofd bleef maar door malen. Niet handig want je hebt straks een belangrijke sollicitatie. Je bedenkt je ineens dat je het overhemd dat je straks aan wilt zelfs nog niet eens uit de wasmachine hebt gehaald. Snel probeer je dat natte ding nog droog te strijken. Ondertussen vraagt je partner jou of je even het flesje voor jullie baby kunt maken. Terwijl je het flesje voorbereid dringt er een brandlucht tot je door. Je ziet hoe het gloeiende strijkijzer inmiddels een gat in je overhemd heeft gebrand. Bij gebrek aan iets beters trek je toch maar dat ene gedragen overhemd van gisteren aan.
Nu nog even de routeplanner checken. Die geeft aan dat je al zeker een kwartier geleden in de auto had moeten zitten. Inschattingsfoutje. Je besluit hem straks maar even flink op zijn staart te trappen. Maar eerst nog jouw autosleutel vinden. Verhit kom je – te laat – aan bij je sollicitatiegesprek waar je geen goede indruk maakt. De promotie waarop je zo had gehoopt gaat aan je neus voorbij. Een week later krijg je een dikke boete van het CJIB voor veel te hard rijden.
Voor de meer georganiseerden onder ons is dit voorbeeld mogelijk lachwekkend. Voor mensen met AD(H)D vaak niet. Voor hen is dit ‘typisch zo’n dag’ in plaats van een extreem voorbeeld.
Prikkelgevoeligheid bij AD(H)D
Uit het voorbeeld van hierboven blijkt dat mensen met AD(H)D vaak moeilijk kunnen omgaan met alle prikkels die op hen afkomen. Wanneer je last hebt van deze prikkelgevoeligheid vind ik het als psycholoog belangrijk om hier aandacht aan te besteden.
Ik gebruik de metafoor van ‘zintuiglijk albinisme’. Waar het eerste lentezonnetje voor de meeste mensen heerlijk is, is het voor iemand met albinisme dan weer tijd om een pet met klep op te zetten en de zon te schuwen. Iemand met albinisme herken je in één oogopslag. Maar een hoogsensitief iemand met AD(H)D niet. Het is voor jezelf daarom belangrijk om bewust te worden van wat prikkels met jou doen; welke prikkels geven je energie en welke prikkels kosten jou energie. Zo is een kantoortuin met overal om je heen geroezemoes, rammelende toetsenborden en veel ‘afleiders’ bijvoorbeeld geen ideale omgeving voor een hoogsensitief persoon met AD(H)D. Ook in je privéleven is het voor jou belangrijk dat er momenten zijn om even te ontladen.
Soms geef ik je praktische adviezen, zoals het gebruiken van oordopjes op het werk en soms raad ik cliënten aan medicatie te gebruiken om de prikkelruis beter te kanaliseren.
Ontspanning en omgaan met stress
Soms lopen mijn cliënten met AD(H)D ertegenaan dat ze moeilijk kunnen ontspannen en stress blijft opbouwen. Een boek lezen op de bank of mediteren werkt vaak niet voor iemand met AD(H)D. Het brein komt moeilijk met ‘niets doen’ tot rust.
Een ontspannende passieve imaginatie, een stressverwerkings- en stressverminderingstechniek, daarentegen kan soms wél ondersteunen. Sporten of het beoefenen van een hobby kan ook zo’n ding zijn waar iemand heel erg zijn/haar energie in kwijt kan, of even helemaal in zijn/haar ‘bubbel’ kan komen om weer op te laden.
Omdenken
Tot slot help ik je als psycholoog met ‘omdenken’. Niet denken vanuit ‘kan ik niet, lukt me niet’, maar vanuit kracht. Als jij met al die belemmeringen het toch zo ver hebt geschopt, dan moet je wel heel veel innerlijke kracht hebben (of discipline). Welke kwaliteiten blijk jij in huis te hebben die iemand zonder AD(H)D minder heeft? Hoe kun jij daar je voordeel mee doen? Je mag dan een dromer zijn, maar je komt altijd met de meest creatieve oplossingen omdat je zo goed ‘out of the box’ kunt denken. En je agenda beheren is niet je ding, maar met een personal assistent als ondersteuning kun jij je lekker toeleggen op waar je goed in bent!’
En dat is uiteindelijk eigenlijk waar het in therapie om gaat: het versterken van je zelfvertrouwen en leren managen van de symptomen waar je mee te maken hebt. Zodat je niet langer denkt: ‘AD(H)D wat móet ik ermee’ maar ‘AD(H)D wat kan ik ermee’.